Liturgische kleur: rood
Het is een feest wanneer de nieuwe predikant voor het eerst voorgaat in de gemeente.
Een voorganger of predikant weet zich nauw verbonden met het kerkelijk jaar dat niet parallel loopt aan het kalenderjaar of de seizoenen.
Het kerkelijk of liturgisch jaar begint op de eerste zondag van advent en eindigt met de zondagen van de Voleinding.
Hoogtepunten in het kerkelijk jaar zijn de 4 Adventsweken met aansluitend het kerstfeest en de Veertigdagentijd waarin ook de lijdensweek valt en Paasfeest. De verschillende periode en feesten worden symbolisch weergegeven met verschillende kleuren. Die kleuren verwijzen naar inkeer- paars, doorbreken van licht- roze, wit- feest, levenskracht- groen, liefde en passie- rood. Grofweg is dat weergegeven in onderstaande tekening.
Symboliek
-bijbel: het Woord verkondigen
-klimop: vertrouwen
-korenaren en vruchten: vruchten van het werk
-geneeskrachtige kruiden: helen
-staf / herderstaf: herder van de gemeente
-klokjesbloemen: geroepen worden
Schikkingen
– Maak een schikking of krans, symbool als kring van de gemeente, met bloemen in alle kleuren. Verwerk hierin een aantal van de hierboven genoemde symbolen.
– Preekstoel / lezenaar centraal:
Maak groene guirlandes met daarin vruchten als beeld van vruchtdragen. Hang deze bijvoorbeeld aan de preekstoel en de lezenaar en rond de bijbel.
– Jaarkrans. Bind rond een krans lint in de kleuren van het kerkelijk jaar: paars – wit – groen – paars – wit – rood – groen. Steek daartussen plantaardig materiaal in dezelfde kleuren. Hang de krans bijvoorbeeld aan de preekstoel. Neem bij voorkeur bloemen uit de tuin. In ieder jaargetijde is klimop en buxus voorhanden voor de groene perioden; voor het wit kunnen bloesem, seringen, ornithogalum of hortensia gebruikt worden; voor het paars is anemoon, dahlia, chelone, kaaps viooltje of cyclaam passend
Themaschikkingen
‘Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad’