Dankdag: Marcus 4 vers 30-34
“En hij zei: ‘Waarmee kunnen we het koninkrijk van God vergelijken en door welke gelijkenis kunnen we het voorstellen?
Het is als een zaadje van de mosterdplant, het kleinste van alle zaden op aarde wanneer het gezaaid wordt.
Maar als het na het zaaien opschiet, wordt het het grootste van alle planten en krijgt het grote takken, zodat de vogels van de hemel in zijn schaduw kunnen nestelen.’ Met zulke en andere gelijkenissen verkondigde hij hun Gods boodschap, voor zover ze die konden begrijpen…”
Niet voor niets is een naam voor God: Immanuël, God met ons. Het is een naam die ons bepaalt bij ons onmisbare ‘wij’. Aan dat ‘wij’ verbindt God zich. Het is iets dat we voor ogen moeten houden, juist om op te kunnen staan uit een crisis.
Het vertrouwen in deze naam houdt verband met de groeikracht van het zaad. Juist door hierbij in één adem door ook over oogsten te spreken, geeft Jezus focus en perspectief aan het zaaien. Blijven nadenken over waar je naartoe wilt, wat je wilt bereiken voor jezelf en vooral dus met elkaar.
Oogsten is dan ook de vruchten plukken van wat je tussentijds hebt bereikt en daarvan genieten. Wat heb je kunnen zaaien in het voorbije jaar, welke vruchten van je inzet heb je kunnen proeven? Misschien groeien de bomen niet meer tot in de hemel. maar zolang ze plek bieden voor allerhande vogels om bij elkaar beschutting te vinden, krijgt het leven weer wat kleur op de wangen.
Schikking en symboliek
Physalis – lampionnen, symbool voor het licht. Elkaar bijlichten is samenwerken.
Bessen van Viburnum, Hulst en de Pattissons zijn in deze schikking symbolen voor het doormaken van het groei- en rijpingsproces en de oogst die we mogen genieten.
Bloemen van Persicaria ofwel Perzikkruid die het leven kleur geven.
Een stengel met zaaddozen kan er bij gelegd worden als symbool van het perspectief dat het zaaien biedt.
Tekst uit:
Bezinning 65 ‘Van crisisjaar tot jubeljaar’
Uitgave van de Raad van Kerken